Waar te beginnen en waar te eindigen - Reisverslag uit Walvisbaai, Namibië van marleenran - WaarBenJij.nu Waar te beginnen en waar te eindigen - Reisverslag uit Walvisbaai, Namibië van marleenran - WaarBenJij.nu

Waar te beginnen en waar te eindigen

Blijf op de hoogte en volg

16 Augustus 2014 | Namibië, Walvisbaai

Waar te beginnen en waar te eindigen? Er zijn drie dagen verstreken en het lijkt alsof we een week verder in de tijd zijn. Plaats van schrijven is Dolemite camp in het westelijk deel van Etosha national Parc. Wat een ongelooflijk mooie plek. Op de rug van een rotsachtige pudding......... zijn aan weerszijden kamers gebouwd. Hoewel, het zijn luxe safari tenten met een inpandige badkamer en toilet. De bedden staan gericht richting het raam, waar een balkon voor zit en dan is daar een enorme vlakte. Even denk ik mij voor te kunnen stellen hoe het in Kenia of Tanzania moet zijn, wat een uitgestrektheid! Aan beide zijden van de berg is er een vlakte. Bij aankomst zien we olifanten over de vlakte van ons weg trekken. Terug naar Walvisbay. Deze havenstad bleek best wel leuk te zijn. Dit is de enige havenstad van Namibië, ooit in het bezit van de Engelsen. Dit was ook de reden dat ze het niet snel uit handen wilden geven. Het is geen charmante stad, her doet enigszins Amerikaans aan met de vierkante stratenopzet. Na het ontbijt rijden we naar de lagune om te zien welk hotel van Protea we ook hadden kunnen boeken voor de volgende macht. Het ligt prachtig aan de lagune, even is daar de verleiding om het toch te doen, maar ons verstand zegt ons dat het verstandiger is om terug te gaan naar Swakopmund Zondag moeten we al om half zes op. In de lagune is de vloed begonnen en reusachtige rode kwallen worden meegevoerd door de stroom. Een aantal robben doen, spelende hetzelfde. De wind komt van zee en is fris, maar verder is de lucht strakblauw. Geheim van deze lagune is ook dat er flamingo's zijn, veel flamingo's............. De pelikanen zien we alleen maar overvliegen. Twee uur lang laten wij ons verleiden tot het observeren van deze vogels. Aan het einde van de weg is een grote zoutwinning. Terugrijdend naar Walvisbay zien we twee jakhalsachtigen, maar ze zijn groter. Rustig doorkruisen ze het wetland, steken de weg over en verdwijnen over de witte zandduinen uit ons gezicht. Bij het indongo guesthouse worden we weer met open armen ontvangen. De sfeer van de kamers is gemoedelijk en intiem. Een wandelpad langs het strand voert ons naar een klein restaurantje waar we kunnen lunchen. Een mevrouw in Herero groengele klederdracht gaat op een geel bankje zitten, maar ze heeft te goed in de gaten dat ze fotogeniek is. Ze verdient haar geld met op de foto gaan en heeft een antenne voor lenzen. Uiteindelijk betalen wij haar later op de middag en maken teveel foto's, maar dat is een te lang verhaal om te vertellen. Swakopmund ademt nog deels de sfeer van de Duitse tijd. Ooit was Namibië Duits, daarna een tijd Zuid Afrika en sinds de jaren negentig onafhankelijk. Men spreekt veel Afrikaans en Duits. De rest van de dag struinen we door het stadje, genieten van de zonsondergang en alle mooie mensen op het strand. In de vuurtoren zit een Italiaan, heerlijk. Zondag gaan we voor dag en dauw op en rijden om half zes weg. Inmiddels hebben wij ontdekt dat de tijden van de Namibische touroperator onbetrouwbaar zijn, de waarheid lig tussen hun tijd en onze Tom Tom die alles vertaald naar ongeveer 50 km per uur. De route is fantastisch. Langs de kust is het zand en duinen. De bewolking hangt laag. Dit stuk noemen ze de skeletoncoast. Weer een lang verhaal, maar er liggen veel scheepswrakken langs de kust. Eentje doemt langzaam op, de zee heeft goed haar best gedaan om alles kaal te vreten. Cape cross, de Robbenkolonie, laten we voor wat het is, dat kost 100 km extra en we worden om half vier opgehaald. De route door het binnenland is de scienic one. Ineens worden we als een bliksemschicht besloten door de mist, zo snel als het opkomt verdwijnt het ook weer en dan is daar de zon! De struisvogel crèche is ook open op zondag. Drie volwassenen lopen met een hele bult aan jongen, van verschillende leeftijden, langs de weg. Wat een mooi gezicht en wat kunnen ze rennen! Namibië heeft heel veel verschillende stammen en langs de weg zijn er souvenirs stalletjes met zowel Herero als Himba vrouwen De herero vrouwen doen met hun hoofdbedekking denken aan de Surinaamse vrouwen. Tante Es'. Het verhaal wordt verteld dat de missionarissen er de oorzaak van waren dat de vrouwen en mannen van deze stam kleren moesten dragen en deze kleren zijn afgeleid van de Victoriaanse jurken. Het moet enorm warm zijn, er zit een hele verzameling onderjurken onder. De Himba vrouwen zijn grotendeels naakt, rood van kleur door het speciale poeder wat ze op zich smeren, als wasbeurt, maar ook tegen allerlei insecten. Ze hebben een soort rasta kapsel, dat met rode klei lijkt vastgeplakt. De uiteinden zijn zwart,alsof het reusachtige kwasten zijn. Erica Terpstra vertelde voor MAX op reis dat ze in deze dreadlocks ook persoonlijke zaken verpakken. Met de charme van Ed en onze support, kopen we een herero poppetje en mogen we de dames op de foto nemen. De himba vrouwen proberen vooral heel chagrijnig te zijn, maar door de volhardendheid van ED schieten ze toch in de lach. De kinderen lopen in hun blote billen om de vrouwen heen. Op het vuur staat een pot havermout. Naast geld willen ze eten. Een stukje van ons ontbijt blijft achter. We rijden om een groot massief. Ooit is hier een mijn geweest voor onder andere diamanten. Deze is inmiddels uitgeput en verlaten. Uit het restant puin zoekt de lokale bevolking naar stenen en probeert deze te verkopen langs de weg. De kinderen zijn om op te vreten, maar weer is daar de vraag naar eten. Nu laten we wat appels en een watertje achter. Er is weinig tijd voor sightseeing, maar we besluiten om even te stoppen bij de living damara. Dit is een ander volk, veel donkerder dan de himba die we hebben gezien. Er is een kleine nederzetting gebouwd en overwegend jongeren laten ons zien wat zo typisch Damara is. Er zijn nog maar weinig oorspronkelijke dorpen, maar het geeft een mooi beeld van hun roots en gebruiken. Het mooie is dat ze het met veel respect doen naar zowel hun eigen als onze cultuur. We leren van alles over hoe ze ijzer smeden, medicijnen maken uit planten en we krijgen no een dans als toetje. Om drie uur staan we bij het roadblock waar al het vlees en zuivelproducten van noord naar zuid in beslag worden genomen. Onze pick up staat er al en het blijkt dat we nog anderhalf uur gaan rijden naar Etendeka mountain camp. Een kleinschalige eco lodge. tzipepa is onze gids en chauffeur en we rijden door een adembenemend landschap. Mountainzebra's, deze zijn echt alleen maar zwart/wit en wat kleiner, kijken ons van allerlei kanten aan. Er zijn er veel, te veel, volgens Tsipepa. Springbokken in overvloed. Inmiddels is het donker en tijd om naar bed te gaan. De maan staat hoog aan de hemel, de sterren zijn weer langzaam vervaagd. Wordt vervolgd!

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Namibië, Walvisbaai

Actief sinds 15 Dec. 2006
Verslag gelezen: 255
Totaal aantal bezoekers 175458

Voorgaande reizen:

30 November -0001 - 30 November -0001

de wereld ontdekken.

Landen bezocht: