naar een land wat niet aan te klikken is. - Reisverslag uit Jerevan, Armenië van marleenran - WaarBenJij.nu naar een land wat niet aan te klikken is. - Reisverslag uit Jerevan, Armenië van marleenran - WaarBenJij.nu

naar een land wat niet aan te klikken is.

Door: marleen

Blijf op de hoogte en volg

10 Mei 2008 | Armenië, Jerevan

Inmiddels is het zaterdag en zijn we terug in Yerevan en is het onze laatste dag om nog het een en ander te doen voordat we morgenochtend weer op het vliegtuig terug stappen. Waar te beginnen. De afgelopen dagen hebben we zoveel beleefd en gezien. De ervaringen hopen zich op en zonder internet is de buurt is het niet op te tekenen. Ed is op dit moment even naar het kantoor van Air France om te kijken of we onze onkosten kunnen declareren.
Vanuit Sisian vertrekken we dinsdagochtend richting Karabach. Het ontbijt wordt in het tulpenhotel op de kamer gebracht, want het restaurant gaat pas om 9 uur open. Dit is geen land waar het leven vroeg op gang komt. Verwacht dus ook niet dat je vroeg ergens terecht kan. Het ontbijt is prima. De tulpjes die we langs de weg hadden gekocht van een klein meisje laten we als dank op de kamer staan. In de auto begint de weg gestaag te stijgen. Het landschap wordt kaler, maar blijft heel erg groen. Dan is daar ineens de mist die als een zware deken over ons neerdaalt en deze deken zal ons de verdere dag blijven bedekken. Weg panarama, de wereld sluit zich om ons heen, misschien is dat ook wel een voorteken van hoe Karabach een beetje is. Een land dat door bijvoorbeeld Nederland niet wordt erkend, vandaar dat het niet bij de lijst bovenaan staat. Maar sinds 1991 is het wel een staat, welke geholpen wordt door Armenie. Het is oorlog aan de grenzen met Azerbedzjan. Jongens moeten in Armenie in dienst en elke dag sneuvelt er wel ergens een jong leven. Families huren een bus en gaan de reis aan naar de uiterste grenzen van Karabach om daar hun zonen te bezoeken. Twee jaar duurt de dienst en ze komen niet thuis. Via Goris rijden we richting de grens. Eenmaal daar kom je in een soort van niemandsland. Ooit woonden daar veel Koerden in florerende dorpen. Nu zijn ze verdreven naar Azerbedzjan en staan hun huizen er kapotgeschoten en ingestort bij. Nieuwe huizen worden mondjesmaat neergezet, maar de resten laat men staat. Af en toe komt er een gaatje in de mist waardoor je wat meer ziet dan alleen maar wit. Nagorno Karabach betekent zwarte tuin. Het is een heuvelachtig land, groen en zeer vruchtbaar. Overal zie je dat er wanneer dat mogelijk is van alles verbouwd wordt. We rijden eerst naar de hoofdstad, omdat we ons moeten melden bij het ministerie van Buitenlandse zaken.Op de weg erheen stoppen we even in Shushi. Hier staat de eerste Armeense tank als monument boven op de berg. Het is zo mistig dat je weinig kunt waarnemen. De kerk is nieuw gebouwd, de Russen waren vroeger ook niet zo van de Armeense kerken. Wat bijzonder is, is dat de moskee met behulp van Iran weer gerestaureerd wordt. Daar waar in de buurenclave nakhijevan ( onder Turkije, tegen Iran, alle kerken en kloosters vernietigd worden) zorgt men er hier voor dat het een monument wordt. Stepanakert is een stad in opbouw. Grote wijde straten, de winkels die we zien zijn misschien nog wel mooier dan die in yerevan. In een kelder onder de muziekschool, alsof je in een schuilkelder terecht komt, eten we een simpele maaltijd. Specialiteit is een soort nanbrood met daarin heel veel groene kruiden. Het is koud in de kelder en het ziet er niet uit. Na het eten gaat Gerard naar het ministerie, want de lunch is over, wij willen rond gaan lopen, maar het miezert teveel. Om de hoek, als schril contrast is daar een nieuw restaurant, Russia. Prachtig en niet duur. Grote SUV's staan voor de deur. Een contrast wat niet altijd goed te plaatsen is in Armenie. Sommigen rijden in auto's die je in Nederland niet eens ziet.
Vanuit Stepanakert rijden we naar Togh. Het dorp waar ooit de oorlog is begonnen. Mensen zijn nog steeds getraumatiseerd, maar het leven gaat en moet door. Wij gaan logeren bij een familie in Togh. Sinds een maand hebben ze een klein winkeltje in het dorp. Ze hebben hun jeep verkocht en de opbrengst van het meel en de wijn was genoeg voor een nieuwe zaak. Met iemand uit het dorp gaan we met wat dorpelingen en de vrouw des huizes naar een kerkje in de buurt. Gtchivank. Op 1 mei zijn alle dorpelingen hiernaar toe gegaan, maar zij moest in de winkel blijven. We gaan met een voormalige sovjet lada bus de berg op. De modder maakt dat we alle kanten op schuiven. Ooit heb ik een film over zigeuners in Roemenie gezien, waarbij het dorp eruit zag als een grote modderpoel. Dit dorp was een kopie daarvan. Opa stapte ook in met een enorme wodka kegel. Dat stookt men hier zelf. Het was een enorm avontuur om boven te komen. soms moest er even gelopen worden. Eenmaal boven bleek het een trieste aangelegenheid te zijn. De kerk is in verval, maar is helemaal volgeschreven met Russische en Turkse en Azeri leuzen en dat kan niet met respect zijn. Tot helemaal in de koepel aan toe. We moeten een foto maken van de vrouw des huizes, dit betekent heel veel. Haar gezondheid is niet helemaal in orde, dus wie weet. We steken bergen kaarsen op, wie weet...... Voordat we weer de berg af gaan moet er een wodka gedronken worden en moet je ook wat eten, eerder mag je niet terug. 's avonds is het een gezellig samenzijn op de veranda met kachel. Er wordt snel een maaltijd gemaakt. Simpel, maar o zo lekker. Opa, Pappi genoemd, blijft maar schenken met de wodka. Ze hebben drie kinderen. Een meisje van 13, waarvan een brilleglas gesneuveld is. We sponseren haar een beetje, zodat er weer een nieuw glas gekocht kan worden. Een jongen van 9 en een jongen van 5. De jongste is een dondersteen. Er wordt wat geschoven met bedden, de jongens gaan bij elkaar in bed en zie daar we slapen prins heerlijk onder een heerlijk dik dekbed. De volgende ochtend hebben we een rustig ontbijt. Het weer is beter, je kunt ver kijken. Beneden beginnen de kippen te kakelen. Een laastste gang naar het poepgat en we kunnen vertrekken. Onze klompjes uit Nederland komen goed van pas. We rijden door een vriendelijk groen landschap terug naar de hoofdstad. Daar staat een soort paaseiland groot monument van pappi en tatti. Opa en oma, als symbool voor Karabach. Wat te doen? Gaan we naar het noorden en slapen we in de hoofdstad of gaan we terug naar Armenie en gaan we naar een van de meer bijzondere kloosters die niet op het programma staat? We besluiten om naar het zuiden te gaan. Inmiddels is de zon doorgebroken en kunnen we genieten van alles en iedereen. We gaan een lange weg naar Kapan rijden. Eenmaal terug in Armenie wisselen de landschappen zich snel af. Wow, wat een land. Herders hoeden de koeien en de schapen. Het wordt steeds groener en ineens komen we in een gebied waar het meeste goud wordt gewonnen. Een gifmeertje kleurt de omgeving grijs en groen. Kapan is kleurloos. Hier staat het vol met flats uit de Sovjet tijd en ook de hotels zien er niet uit. Moeten we daarin slapen? Er blijkt een klein hotel buiten de stad te zijn, maar dat is gesloten. Wel rijden we even de bergen in naar Vahanavank. Een klein klooster wat de laatste 2 jaar gerenoveerd wordt en snel opknapt. De man aan de leiding is een kunstenaar en tovenaar. Hij heeft eemn heel klein staartje. De werkmannen gaan weg, wij blijven achter met de bewaker, zijn kat en twee honden. Of we niet nog even een kopje koffie willen drinken. Deze man heeft nooit aanspraak op de berg. Een babbel, een houtvuurtje met een echt Armeens koffiepotje...... wat een simpel genot. We besluiten samen met Gerard naar een familie te gaan in een dorp buiten Kapan. Achteraf zijn we erg blij, het is een tweede huiservaring maar een hele andere dan die in togh.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Armenië, Jerevan

Actief sinds 15 Dec. 2006
Verslag gelezen: 255
Totaal aantal bezoekers 176049

Voorgaande reizen:

30 November -0001 - 30 November -0001

de wereld ontdekken.

Landen bezocht: